|
In mijn dagelijks leven ben ik werkzaam als redacteur, deels freelance, deels in vast dienstverband. Journalist mag je ook wel zeggen, hoewel ik dan zelf nog altijd denk aan een kettingrokende razende reporter die met een trenchcoat het land doorkruist op zoek naar nieuws. Om dat vervolgens op zijn trouwe typemachine uit te werken en het de jongste bediende naar de zetter te laten brengen.
In mijn geval is het gewoon de pc, veel telefonische interviews en vakbladjournalistiek. Ooit over supermarkten, tegenwoordig over ICT, telecom, gezondheidszorg en zelfs afvalinzameling. Ik schrijf in ieder geval vrij veel. Wellicht niet handig om dan ook nog een hobby te hebben waarbij ik schrijf, maar dat terzijde. Voor wie schrijf ik? De hamvraag is meer: voor wie schrijf ik nog als hobbyschrijver? Overal hoor en lees je (nou ja, lezen blijkbaar steeds minder) over ontlezing. Vooral jongere generaties zouden boeken steeds meer links laten liggen (of rechts) en vooral nog elkaars chatberichten lezen. Verder is het vooral videootjes en foto’s maken en delen. Ook oudere generaties (20+) zouden het steeds (vaker) makkelijker vinden om op Netflix of Videoland een film of serie te bekijken dan om het boek te lezen waar die op gebaseerd is. Dus nogmaals: voor wie schrijf ik eigenlijk (dat geldt overigens ook voor deze blog)? Voor een beperkte en krimpende groep lezers? En in mijn geval dan ook nog eens een beperkt deel van die groep – want lang niet iedereen houdt van SF, fantasy of horror. Nu ik er over nadenk: mijn debuut is meer een politiethriller met SF-(want tijdreis)elementen. Dat zal de doelgroep natuurlijk nog verder beperken. Maar ook als ik kijk naar mijn eerstvolgende – geplande – boek dat wat meer mainstream is, vraag ik me af en toe af of het nog wel zinvol is. Een paar honderdduizend woorden op papier zetten, diverse malen herschrijven, kijken of het uitgegeven kan worden en nog een half jaar later een boek vast te houden waar waarschijnlijk maar weinig mensen van zullen genieten (ervan uitgaande dat men het boek leuk vindt). Kopiëren zonder betalen Je kunt er een e-book van maken natuurlijk. Grote kans dat het dan vooral gekopieerd wordt zonder dat ervoor betaald wordt. Maar hé, dan is het lezerspubliek in ieder geval wat groter. En als hobbyschrijver hoef je het voor het geld toch niet te doen. Don’t quit your day job is voor dergelijke auteurs het adagium. Maar als je nou eenmaal toch een boek hebt uitgegeven, is het toch wel leuker wanneer jij – en de uitgever die er moeite voor doet – er behalve goede commentaren ook enige geldelijke waardering voor krijgen. Want roepen dat je het alleen voor jezelf doet en het niet uitmaakt wat er daarna met je creatieve gedachtenspinselen gebeurt, is grote onzin. Wie een boek uitgeeft of een verhaal instuurt voor een wedstrijd, wil op zijn minst gelezen, het liefst gewaardeerd en – in het geval van een boek – zo mogelijk ook nog betaald worden (die irritante auteursrechten). Ondertussen zit ik op bijna 100.000 woorden (een pagina of 300) en hoop ik deze week qua opbrengst in totaal op 10.000 van die woorden uit te komen. Ondanks alle vragen hierboven, ga ik gewoon door, want het verhaal moet er toch uit nou het eenmaal in mijn hoofd zit. Dus hoop ik ergens in 2021 met mijn tweede boek in boekhandels te liggen, op beurzen te staan en te genieten van elke vorm van waardering, hoe klein ook. En koop het ook gerust. Mijn banksaldo houdt eveneens van positiviteit.
0 Comments
Leave a Reply. |
Archief
Augustus 2020
Categories |